Koude nacht en ochtend dus gauw busmans van het water, elektriek en riool afgekoppeld en richting White Sands getogen.
Daar aangekomen eerst naar White Sands Missile Range gereden om het museum aldaar te bezoeken. Omdat dit op een Amerikaanse legerbasis gesitueerd is kregen we een stevige controle aan de poort. Busmans werd doorzocht op wapens en wij moesten rijbewijzen, id's en autopapieren laten zien.
Het museum zelf was echt op techies gericht en bestond uit een redelijk bonte verzameling oude apparatuur, modellen, documenten alsmede oude foto's en video's in een soort muffe jongenskamer-achtige setting. White Sands was in WO-2 de site waar de eerste kernbom (ofwel 'the gadget') getest werd op de Trinity-site en is vervolgens de test- en ontwikkelingsbasis geworden voor zowel NASA als het Amerikaanse leger, vloot en luchtmacht. Helaas was er tot Hans' lichte teleurstelling geen enkele referentie naar de DEC-20 die in de 80er jaren onder de systeemnaam SIMTEL20 de thuisbasis voor wat toen nog public domain software heette vormde.
Buiten bevond zich ook nog een indrukwekkende verzameling jet- en raketspul.
Ook een replica van Fat Man, de bom van Nagasaki.
Toen door naar White Sands National Momument. Dit beslaat een gebied van honderden vierkante kilomneters en bestaat helemaal uit prachtig witte gipsduinen. Het geheel ligt in een kom waardoor het gips, dat uit de bergen gespoeld werd, zich daar verzamelde. Door de sterke wind werd het gips opgestuwd tot duinen.
Het is een briljant plaatje dat aan een vers besneeuwd landschap doet denken, maar dan toch net anders. Er voert een 24 kilometer lange weg door de duinen die je uiteindelijk op een grote picnick area brengt waar een aantal overhuifde banken en kleine huisjes staan. Het geheel is een onwerkelijk plaatje, zeker toen we net aankwamen en het verder doodstil was. Heerlijk in de zon gezeten, cappu met carrotcake genuttigd (ja alweer!) en lekker met Teddie gespeeld. Na een tijdje werd het er drukker, onder meer met duinensleeërs, wat een soort lokale gewoonte bleek te zijn.
Daarna nog een microtrailtje gelopen over een mooi aluminium Myst-achtig pad.
Naast de onwerkelijk witte duinen is ook de vegetatie hier bijzonder. Met name de skunk-bush, een soort doornstruik die met zijn wortelstelsel de immer schuivende duinen vasthoudt en daarmee een soort grote bollen vormt, was een bijzonder plaatje en verder de soap-tree yuka.
Na White Sands besloten we Roswell maar even te laten voor wat het was (het was eigenlijk te ver van onze route af) en zijn we in plaats daarvan over highway 82 richting Carlsbad gereden. Dit bleek ook een mooie scenische route te zijn over de Sacramento Mountains en dwars door Lincoln National Forrest. We gingen over een bergpas van zo'n 3000 meter hoog. Op de top bevindt zich het stadje Cloudcroft wat net als de duinen eerder helemaal wit was, aleen nu van de sneeuw. Het was net of we in een scene van Twin Peaks terecht waren gekomen en elk moment verwachtte je Dale Cooper te zien lopen. Ook hier weer sleeërs, die op echte sneeuw overigens veel beter gleden.
Uit de bergen gekomen veranderde het landschap weer in een grote, eindeloze high desert woestenij. Een grote leegte zover je kijken kan, zonder bomen, huizen of wat dan ook. Wel hier en daar wat zwarte koeien die aan kurkdroge pollen staan te knagen.
In Artesia hebben we een RV-park gevonden waar we nu staan. Niet veel bijzonders maar the closest to home for now :-).
Artesia zelf is een relatief grote plek waar blijkbaar veel connecties met de olie-industrie zijn. Dat blijkt onder meer uit een standbeeld met olieboorders en een allerlei petrochemische bedrijvigheid. Met name de boorinstallaties deden ons aan de Ewings denken…. En dan zijn we nog niet eens in Texas….