Lourdes is verschrikkelijk toeristisch met een reli-explosie rond de grot van Bernadette (nu ja grot, meer een nat nisje in de berg). Bovenop die grot is een kerk gebouwd. Hier verzamelen zich alle ouden en invaliden die gretig het water drinken wat door de klamme nis van Bernadette stroomt. Overal zijn kraantjes waar je jezelf kunt laven (heel goed te drinken overigens). Hoopvolle gezichten van mensen in speciale rolstoelen, voortstrompelenden op krukken die aangemoedigd worden door de talloze vrijwilligers die hen naar de missen slepen. Overal staan discrete dozen waarin je geld kunt storten. Wij sloten ons aan in een rij om door de “grot” te schuifelen. Toen de twee oude dames voor ons stil bleven staan om het heilige water achter hun oren te sprenkelen, werden ze door een dikke man aangspoord om door te lopen. Silence, want er was vlak achter ons een mis gaande met uitzicht op de grot. Na de grot, was het kaarsenfeest. Lange rijen van een soort stalen uitstalkasten die functioneerden als verbrandingsplaatsen van kaarsen. Bezoekers werden aangemoedigd vooral een kaars te kopen en te branden zodat dit hun gebeden zou verlengen. We hebben een paar dikke praalkaarsen gezien….
Catedral Primada – Toledo
Toledo was in de Middeleeuwen een smeltkroes van christelijke, islamitische en joodse cultuur en dat weerspiegelt zich in de kathedraal. Het is een enorm bouwwerk met diverse stijlen dat het geestelijk hart was van de Spaanse kerk vertegenwoordigt (Catedral Primada van Spanje). Hij is gebouwd tussen 1227 en 1493 op de plaats van een voormalig Moorse moskee.
Het INTERIEUR van de kathedraal (110 m lang, de Capilla de San lldefonso niet meegerekend) biedt met zijn 88 sterk gelede zuilenbundels een unieke aanblik. Je voelt je erg nietig, en dat was waarschijnlijk precies de bedoeling.
Heel bijzonder was het Koor, waar koorbanken stonden, die uit rijk versierd houtsnijwerk bestonden. Elke bank was anders en er waren talloze dier-, mens- en architecturale figuren in te vinden. Op de banken daarachter waren de figuren uit het Oude Testament aangebracht. Die in Bourg-en-Bresse was mooi, maar valt in het niet bij deze.
Verder een mooie kapel met fresco’s aan het uiteinde van een kloostergang, een zeer rijke schatkamer, en een sacristie met prachtige schilderijen.
Het klooster van Poblet
Bij het klooster van Poblet geen winkeltjes en cafeetjes, amper toeristen en prachtige sobere Cisterciënzer bouw met nog een vrijwel onveranderde middeleeuwse ommuring. De kerk was vrij te bezichtigen, maar je kon niet achter het koor komen, dat moest met de (Catalaanse of Franse, die wij gedaan hebben) rondleiding waarbij je ook een tour door de vertrekken van de monniken kreeg. Poblet is het grootste klooster van de Cisterciënzer Route en het enige van de twee mannenkloosters waar nog steeds een monnikengemeenschap leeft.
In de eetzaal stonden ook daadwerkelijk bordjes en bekers klaar voor de avondmaaltijd. We hebben nog een paar monniken zien lopen, maar dat zag er niet echt devoot uit. Een lange pij met witte Amerikaanse sneakers eronder en een ander had over zijn pij een trainingsjasje van de New York Yankees.
Heel bijzonder in de kerk waren de koninklijke graven. Achter het koor waren twee grote bogen, waar je onder door kon lopen en daar bovenop lagen de gebeeldhouwde graven van de koningen en koninginnen van Aragon. Je kon als het ware onder hun graf doorlopen.
Het klooster is een belangrijk referentiepunt in de geschiedenis van de Aragonese Kroon. Opgericht in 1150 wordt het traject onderbroken in 1835 door de onteigeningswetten en werden de monniken verdreven. Het klooster werd geplunderd, de immense bibliotheek werd vernield en het klooster werd aan verval achtergelaten. Pas in 1940 keerden vier Italiaanse cisterciënzers er terug, vastbesloten het monnikenwerk van de restauratie aan te pakken en het zijn grootsheid terug te geven.
In 1991 werd het klooster door de UNESCO op de vergadering van Alger uitgeroepen tot Werelderfgoed.
Montserrat – Disney voor monniken
Het Monastir de Montserrat zag er veel belovend uit vanuit de verte. Het lag vrij hoog tegen een prachtige Kartelberg (Montserrat) die al van verre opdoemde vanuit het vlakke landschap. Het klooster zelf was niet veel aan. Ongelooflijk toeristisch. Busladingen vol toeristen werden er gedropt bij de vele winkeltjes, caféetjes, restaurants en hotel. Vroeger moet het wel mooi geweest zijn, want het was een benedictijner klooster, en die jongens wisten wel hoe je een mooi, sober complex moest bouwen, maar het is tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog in 1811 verwoest. In 1844 is het herbouwd en het resultaat is niet interessant. Er wonen nog wel Benedictijner monniken. Onbegrijpelijk, want als er iets een ingetogen, contemplatieve godsdienst is, dan zijn het wel de Benedictijnen. Dan wil je toch niet in een soort Disney voor monniken leven?
Dé grote trekpleister is De Zwarte Madonna, La Moreneta, een klein houten beeld van Maria met Jezus. Het is naar zeggen de ziel van Montserrat, hier gebracht door St. Petrus in 50 na Christus. Koolstofdatering wijst echter uit dat het beeld in de 12e eeuw moet zijn gemaakt. Het staat bovenin het koor op de eerste verdiepingen en gelovige pelgrims kunnen er langs lopen om het wereldbolletje wat ze in haar hand heeft aan te raken. Wij zaten met honderden anderen beneden in de basiliek te wachten op de Escolonia, het beroemde koor van 50 jongens. Ze gaven twee nummers ten gehore en dat was inderdaad wel mooi, maar het was allemaal zo overgeorganiseerd dat het eigenlijk niet leuk was.
Maar de tocht naar boven (en daarna naar beneden) was wel de moeite waard. Prachtige vergezichten.
Ripoll
Het klooster Santa Maria in Ripoll dateert uit 888. Het is een prachtige sobere kerk naast een kloostergang met twee verdiepingen, dat zie je ook niet zo vaak. De westgevel (uit eind 12e eeuw) is versierd met – volgens het boekje – een van de fraaiste romaanse kunstweken van Spanje en beeldt, zoals het hoort, bijbelse en historische verhalen uit. Dit klooster was indertijd erg belangrijk, want het was niet alleen het culturele centrum, maar ook het machtscentrum van het gebied van Guifré el Pilós (Wilfried de Harige). Dat was de stichter van het dynastie van het Huis van Barcelona, dus tamelijk belangrijk. Hij ligt ook begraven in het klooster.
We hebben onze brunch gedaan aan het hemelsblauwe meer van Baynoles ongeveer 10 km zuidelijker van Besalú. In dit meer werden in 1992 Olympische roeiwedstrijden gehouden en er wordt zo te zien nog steeds veel geroeid, want het hele meer ligt nog vol met boeien en aan de kant (waar wij zaten) lagen een soort merkwaardige lange, witte springplanken in het water, waarvan we vermoeden dat daarnaast de boten te water kunnen worden gelaten en in- en uitstappunten vormen voor de roeiers.
En ook hier zijn prachtige stokken te vinden…
St. Philibert in Tournus
De st. Philibert in Tournus is een van onze favorieten. Het is een prachtige romaanse abdij uit de 10e – 11e eeuw. Hij is heel sober, veel minder opsmuk dan de latere, gotische kathedralen. Hij is jammer genoeg een aantal jaren geleden gerestaureerd en is minder mooi dan de eerste keer dat we hem bezocht hebben. Maar toch de moeite waard.